Disclaimer: This is a work of fan fiction, written because the author has an abiding love for the works of Joanne K. Rowling. Any characters, settings, objects, or creatures from the Harry Potter books and movies used in this work are the property of Joanne K. Rowling, and Warner Brothers. Original characters, settings and concepts belong to the author of this work. The author will not receive any money or other remuneration for presenting the work on this website. The work is the intellectual property of the author, is available on this website solely for the private enjoyment of readers, and may not be copied or redistributed by any means without the explicit written consent of the author.
oooOooo
Een roos in hartje winter
Uit het Engels vertaald door Arwen S.
Ik ben niet sentimenteel, nooit geweest ook. Zo ben ik gewoon niet, dat is niet mijn aard. Hoe kun je ook iets anders verwachten, mijn ouders zijn beide tandarts! En dan heb ik het nog niet eens over hem gehad, hij zou het überhaupt niet kunnen waarderen. Maar dat wil niet zeggen dat ik het vergeten ben.
Ik haal diep adem en proef meteen het haast vergeten klamme karakter van deze Hooglanden lucht. Je proeft deze lucht alleen maar als de lente nog heel, heel ver weg is. Ik vraag me af hoe Minerva het uithoudt, jaar na jaar in dat kasteel, terwijl haar artrose ieder jaar erger is.
Ik wrijf over mijn voorhoofd, en probeer niet melancholisch te zijn. Maar deze school, deze dag… deze plaats. Ik kan gewoon niet anders, zelfs niet na zoveel jaar. Vooral niet na zoveel jaar!
Natuurlijk moet je niet vergeten dat de Hooglanden deze gevoelens ook gedeeltelijk veroorzaken. Toen ik nog jonger was, vond ik ze alles behalve romantisch. We hadden het ook veel te druk om onze wereld te redden. Maar nu… nu zie ik ze wel voor wat ze zijn.
Het is een aparte soort droefheid, die ik voel. Deze droefheid is het gevolg van niet uitgesproken woorden, net zoals die ijzige nevel, die over het meer zweeft, om dan boven de heide te verdwijnen. Deze droefheid van tranen niet gehuild, net zoals dauwdruppels op een roos. Waarom denk ik ineens aan rozen? Mijn rozen zijn allemaal weg, allemaal doodgegaan tijdens een strenge winter, jaren geleden. Het volgende voorjaar waren ze gewoon weg. De zachte regen of voorzichtige zonnestralen, het was gewoon te veel, of te laat. En ik heb sowieso nooit Nevilles geduld met planten gehad. En het is er niet van gekomen om ooit nieuwe rozen te planten.
Ik had het ook gewoon te druk met andere dingen. Zodra je kinderen hebt, is de tuin ineens niet meer zo belangrijk. Behalve natuurlijk het belangrijkste stuk: een rechthoekig stuk gras voor Quidditch. Toch heb ik niet vergeten dat hij van rozen hield. Juist om die reden liet hij ze met Valentijnsdag altijd zo spectaculair verdwijnen. Het is een van de weinige zwaktes die ik over hem ontdekte toen ik nog op school zat, en voor dat het te laat was.
Hier zie je geen rozen. Misschien zouden ze aan de kust kunnen bloeien, maar niet hier, niet zo ver het binnenland in. Althans… niet zonder veel magie. Het is een jaar later, en ik sta weer in stilte bij dit graf. De stèle is bedekt met een laagje rijp, mist hangt laag boven het meer en verplaatst zich langzaam over de heides. Januari is duidelijk niet de beste tijd om naar de Hooglanden te komen. Je kunt beter in Juni komen, dan staat de gaspeldoorn vol in bloei. Augustus is ook goed, dan staat de hei in bloei en is de hele omgeving lieflijk paars gekleurd.
Toch kom ik iedere Januari weer terug, ook al weet ik dat mijn tenen er dan haast vanaf vriezen. Toch heeft dat ook wel zo zijn voordelen, want als iemand me zou zien, kan ik altijd zeggen dat ik ril door de kou. Ieder jaar opnieuw.
Ik weet dat ik niet de enige ben. Er ligt een bosje klimop tegen de steen aan en links van de steen, half verborgen, ligt een lelie, net alsof de gever verlegen was. Ik weet van wie de lelies zijn. Harry zou nog liever een Hiepogrief eten dan dat hij zou toegeven dat hij de gever is. De krans met een groene, zijden strik, die is van Draco. Dat zie je duidelijk, hij is serieus maar doet ook een beetje gewichtig aan. De kroonkurk bovenop de steen is zeker weten van Luna, dat is echt iets voor haar. Iemand zorgt er ook voor dat het pad naar de grafsteen vrij blijft. Ik denk dat het Winky is. Het zou echt iets voor Dobby zijn, en omdat Dobby het zou doen, doet Winky het nu in zijn plaats. De pot met de kerstrozen vind ik typisch iets voor Neville. Ik durf te wedden dat hij ervoor zorgt dat iedere maand van het jaar iets interessants bij het graf bloeit.
Net als altijd sta ik bij de steen en staar ernaar. Al twintig jaar lang doe ik dit ieder jaar. De enige uitzondering was het jaar dat ik zwanger was en niet kón komen. Ik weet dat Ron weet waar ik heen ga. Toch heeft hij nog nooit aangeboden om mee te gaan, al weet ik niet waarom. Is het omdat hij begrijpt dat je sommige dingen alleen moet doen, of is het eerder omdat hij bang is voor wat hij in mijn ogen zal zien wanneer we hier staan? Ik weet het echt niet, al kan ik – ondanks dat ik van hem houd – niet ontkennen dat Ron niet fijngevoelig genoeg is voor het eerste en te moedig voor het tweede.
In de steen staan geen woorden gegraveerd, het is een streng blok graniet. Ik durf te wedden dat hij het zou haten dat er überhaupt een steen staat. Maar toch is het zo, en ik sta hier.
Hij zou me minachtend aankijken als hij het wist. “Waarom nu?†zou hij zeggen. “Je hartsvriendje Potter en jij hebben nooit iets om mijn verjaardag gegeven terwijl ik nog leefde en jullie hier op school zaten. Waarom dan nu wel?â€
Ik kan nog steeds alleen maar naar die stomme steen kijken. Ik zou dolgraag willen weten welke idioot het idee verzonnen heeft dat tijd alle wonden heelt. Ik denk dat ik dan nog wel eens heel erg in de verleiding zou kunnen komen om de enige overgebleven Tijdverdrijver te gebruiken, alleen maar om…
“Waarom kom je nog steeds hier naar toe, na twintig jaar? Wat denk je daarmee nou helemaal te bereiken? Je bezorgt er jezelf alleen maar wintertenen mee! Ben je niet gelukkig met die roodharige idioot?â€
“Natuurlijk ben ik gelukkig! Nou ja, misschien niet helemaal gelukkig, maar wel tevreden. Dat is al veel meer dan de meeste mensen krijgen!†mompel ik in gedachten. Ik doe altijd net alsof ik weet wat hij zeggen zou. Dat is in ieder geval wel zo beleefd. Misschien mis ik zijn beledigingen ook wel. Nee. Dat is belachelijk, zeker na twintig jaar! “En wat bereik ik ermee? Helemaal niks. En ik sta hier ook niet te dagdromen over zoete mijmeringen. Want je was helemaal niet iemand om over te dagdromen… Trouwens, in dat stadium waren we nog lang niet. Maar toch… verdorie!â€
Als kind vloekte ik nooit. Pas toen ik zelf kinderen had, leerde ik wat een geweldig gevoel het af en toe is om eens hartgrondig te vloeken, schelden, tieren.
Wat DOE ik hier in vredesnaam nog? Ik sta maar en ik staar naar de steen. Dat kan dus echt niet!
Ik buig naar de grafsteen toe, en leg de zwarte, geparfumeerde roos voorzichtig op de grond.
“Hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag, Severus,†fluister ik zachtjes. Dan ga ik weer rechtop staan, draai me om, en loop weer terug in de richting van de school.
Tegen de tijd dat ik bij het kasteel ben zijn mijn tranen ofwel opgedroogd, ofwel bevroren. Dan ben ik zeker in de stemming voor de thee die Minerva aanbood, voordat ik ‘spontaan’ besloot dat een eenzame wandeling precies dat was wat ik nodig had tijdens een miserabele middag in Januari.
oooOooo
Finite Incantatem
oooOooo
N.B.: Helaas ben ik oud genoeg om te weten dat tijd niet alle wonden heelt. Het enige wat tijd doet, is dat je leert omgaan met je verdriet.